Hoofdstuk 8: Het ontstaan van modern sociaal werk, 1860-1940

Wat moet ik onthouden? Hulpmiddel bij het studeren
Naast de collegeserie volgt hier een hulpmiddel bij het bestuderen van het Basisboek Geschiedenis Sociaal Werk in Nederland. Hieronder volgen de belangrijkste begrippen, namen en een paar jaartallen. Wat moet je doen?

De begrippen    : in enkele woorden of zinnen kunnen uitleggen wat dit begrip inhoudt.
De personen      : wat waren de belangrijkste ideeën en activiteiten van deze persoon.
De jaartallen      : onthoud ze, want ze zijn je kapstok in de tijd (chronologie, tijdsbesef).

Studeren betekent: jouw zelf gevonden antwoorden kort opschrijven, maar niet zo kort dat je over een week het zelf niet meer snapt. Je kunt je antwoorden vergelijken met een studiegenoot. Regelmatig doorlezen en herhalen werkt stukken beter dan domweg stampen.
Strepen zetten in het boek en stukken tekst geel arceren is geen goede manier van studeren.

Begrippen:
Sociale Quaestie, sociaal-liberalen; moderne filantropie,  sociale wetgeving, professionalisering, socialisme, feminisme, verzuiling, Eerste ronde sociale wetgeving (1874-1888), Tweede ronde sociale wetgeving (omstreeks 1900), Derde ronde sociale wetgeving (1947-1965: zie volgende hoofdstukken), bedeling, Kruiswerk, Wijkverpleging, Woningopzichteres, Toynbeewerk, Volkshuis, Volksuniversiteit, Volkshogeschool, Woonschool, Opbouwwerk, Het Amerika der Vrouw

Namen:
Samuel van Houten, J. R. Thorbecke, Abraham Kuyper, Herman Schaepman, Ferdinand Domela Nieuwenhuis, Pieter Jelles Troelstra, Helene Mercier, Aletta Jacobs, Arnold Kerdijk, Marie Muller-Lulofs, Emilie Knappert, Johanna ter Meulen, Louise Went, Octavia Hill, William Booth, Majoor Bosshardt, Willem van den Bergh, Elisabeth Boddaert, Theo van der Woude.

Jaartallen:
1874 (Kinderwetje); 1875 (Witte Kruis); 1892 (Eerste volkshuis); 1899 (School voor MW);
1903 (eerste beroepsver.); 1909 (eerste consultatiebureau alcoholisme); 1918 (sociaal vakantiewerk); 1925 (opbouwwerk).